In november 1994
kennen Dave en Jan elkaar sinds kort (vanwege de organisatie van More Than Just A Hike tijdens de
Wereld Jamboree in 1995 te Dronten) en ontdekken dan dat ze alle twee fanatiek
rugzakloper zijn. Ze besluiten om samen 'een keer' te gaan hiken.
De keuze valt op het Kempen- en Vennenpad in Brabant.
Een prachtige wandeling (die in twee verschillende wandelingen werd voltooid)
in een schitterend gebied. En tenslotte zouden ze zelfs een bloeiende
rododendron zien!
Dag 1 |
(3 november 1994) |
25 kilometer |
Alweer rugzaklopen! Om
acht uur opgestaan en rond half negen met de bus naar het station gegaan. Dave
staat al te wachten en we kopen twee kaartjes naar Den Bosch. Doordat we niet
opletten stappen we een trein te vroeg in en moeten we een keer extra overstappen.
Geen ramp, want nu hebben we in ieder geval een koffiekarretje (ook wel
railtender genaamd) in de trein. Op het traject Tilburg-Den Bosch is het heel
erg druk, maar gelukkig is dat niet zo ver. In Den Bosch hijsen we de rugzakken
op en met schitterend wandelweer verlaten we de stad, met al z'n mooie
gebouwen.
|
De Dommel. |
We proberen ergens
brood te kopen, maar dat betekent een fors stuk omlopen. Aan de andere kant:
wandelen is voornamelijk omlopen... Als we tenslotte dan toch de stad uit zijn
lopen we al snel op 'echte' law-paden: onverhard. En
erg Engels: heel veel over hekken klimmen en stiles
passeren op dit pad. Zo langs de Dommel lopend bereiken we Sint Michielsgestel.
Tijd voor koffie met appelgebak.
|
Tijd voor pauze. |
Ook het volgende stuk
is weer zeer afwisselend en in Gemonde stoppen we bij een café, voor een
biertje. Blijkbaar zijn we hier een curiositeit, want het zit vol met oude,
biljartende oude mannetjes, die het niet kunnen nalaten ons aan te staren.
Het traject tot Liempde gaat door een natuurgebied met heel erg modderige
paden. Ook dit stuk is weer schitterend. Ik val een beetje in herhalingen op
deze manier, maar het Kempen- en Vennenpad is gewoon
één van de mooiste wandelpaden van Nederland.
Rond half vijf zijn we vlak bij Liempde en bij de eerste de beste boerin mogen
we de tent opzetten. Tijd om boerenkool met worst te eten. Na nog een kopje
oploskoffie en een apfelcorn voor de tent duiken we
vroeg de slaapzak in. Prima geslapen, afgezien van die haan die 's nachts
regelmatig moest kraaien.
Dag 2 |
(4 november 1994) |
27 kilometer |
Vanmorgen stonden we
weer vroeg op en binnen een uur waren we vertrokken. Het is dan zo rond acht
uur en een half uurtje later lopen we Liempde in, op zoek naar een bakker.
Gelukkig vinden we die en kunnen we brood kopen. We vervolgen het pad, over een
aantal landgoederen. Na de landgoederen volgen bossen, heidevelden, vennen en
zelfs een paar 'oer-koeien'. Gelukkig vinden we nog wel tijd om af en toe een
stop te maken voor koffie of iets dergelijks.
Helaas hebben we niet echt genoeg water meegenomen (en zelfs jaren later maken
we af en toe die fout nog). Als je dan eindelijk een huis tegenkomt smaakt dat
water echter extra lekker.
|
Vennengebied. |
Hoewel het volgende
stuk ontzettend toeristisch is, kost het toch veel moeite om een restaurant te
vinden, wat open is. Juist nu we zo'n trek hebben in appelgebak. En als je dat
dan eindelijk vindt, na nog een kort bezoekje aan een bezoekerscentrum van
Natuurmonumenten, valt het soms nog erg tegen ook... Zo ook vandaag. Gelukkig
maakt de route er naar toe een hoop goed.
We hebben nog steeds geen avondeten kunnen kopen en besluiten dan maar naar een
volgend dorpje te gaan liften. Binnen vijf minuten hebben we een lift en na het
doen van de inkopen hoeven we slechts twee minuten te wachten op de buurtbus,
die ons weer terugbrengt naar het restaurant.
Een klein stukje daarvandaan staat een kapelletje, waar we even een kijkje
nemen. Vrij snel daarna vinden we een plekje voor de tent en bereiden we onze
avondmaaltijd. Nog een biertje als toetje en opnieuw vroeg gaan slapen. Dat is
toch het nadeel van zo laat in het jaar gaan wandelen: de dagen zijn erg kort.
Dag 3 |
(5 november 1994) |
30 kilometer |
Ook vandaag staan we
om zeven uur op en zijn we een uurtje later weer op pad. Weer met schitterend
weer en een prachtige omgeving om in te wandelen. Heel veel beuken, eiken en
rododendrons gezien. Na een paar kilometer kruisen we een rijksweg, maar al
snel daarna lopen we weer over onverharde paden, tussen de weilanden en bossen.
|
Wilhelminakanaal. |
We kruisen het
Wilhelminakanaal en duiken direct daarna de bossen weer in. Het traject langs
het riviertje de Ley vormde een volgend hoogtepunt;
maar eigenlijk gold dat voor vrijwel de gehele etappe van vandaag. En hoewel
het al november was, zweetten we flink, zeker de lange rechte weg langs de
Belgische grens.
Enfin, na een zelfgebakken hamburger kunnen we er weer tegenaan en liepen we
weer langs een aantal vennen. De naam van dit pad is blijkbaar niet uit de
lucht komen vallen.
Het gedeelte over landgoed de Utrecht vonden we tegenvallen. Kwam misschien wel
omdat we er zoveel veelbelovende verhalen over hadden gehoord. Diverse mensen
onderweg hadden ons voorspeld dat dit een hoogtepunt zou zijn, maar wij zagen
dat toch anders.
Gelukkig was daar wel een ander hoogtepunt: café de Bockenrijder.
Na een heerlijke kop koffie met appelgebak en een Gueze
Lambic op het terras te hebben genuttigd vroegen we
of we de tent daar ergens mochten opzetten. Geen probleem. Snel de tent
opgezet en de hutspot gemaakt en opgegeten. Tussendoor de apfelcorn
nog opgemaakt (mee terug nemen naar huis is ook zo'n onzin) en na het eten weer
het café in.
|
Alweer een hoogtepunt! |
Eerst nog maar een kop
koffie genomen en in het dagboek geschreven en daarna aan het speciaalbier. (Kriek, Bockbier, Leffe mét en nog meer
Bockbier). Ondertussen raakten we aan de praat met een stel jongedames die een
vrijgezellenfeest hielden. (En wij snapten direct waarom die ene ging trouwen
en de rest niet: zij was de enige die niet chagrijnig was..). Later nog flink
zitten bomen met een verliefd tweedehands-vrijgezellen-stelletje en toch niet
helemaal nuchter doken we tenslotte de tent in.
Dag 4 |
(6 november 1994) |
20 kilometer |
Zelfde tijd opgestaan
als de vorige dagen en toen we op het punt stonden om weg te gaan, bood de
eigenaar van de Bockenrijder ons een (paar) kopjes
koffie aan. We raakten aan de praat, maar na de tweede bak besloten we toch
maar op pad te gaan en de rugzak weer op te hijsen.
|
Een beetje bewolkt en
wat wind, maar opnieuw prachtig wandelweer. (Elk weer is wandelweer, maar sommig weer is mooier wandelweer).
Het eerste stuk van de route liep door een natuurgebied met veel heide en
vennetjes. Later op de dag zou het daar vast heel druk worden. Vanzelfsprekend
nuttigden we weer de nodige cup-a-soup, brood en
koffie. Meestal zelfgemaakt, en soms in een café. Helaas geen appelgebak (lijkt
wel Noord Groningen). De omgeving veranderde in afwisselend bos en weidegebied,
maar bleef erg mooi.
We eindigden onze wandeling in Bladel, waar we een kwartiertje op de bus
wachtten. Nog net tijd voor een kopje koffie. Zo'n drie kwartier later waren we
in Eindhoven. Lekker een vlaai voor thuis gekocht en na een kwartiertje
wachtten met de Intercity richting huis. Loc 1132 bracht ons in Rotterdam. Op
het station een honkiburger met een pilsje genuttigd
en toen op huis aan, waar we zo rond kwart over vijf werden welkom geheten.
Dag 5 |
(28 april 1995) |
5 kilometer |
Omdat we het vorige
stuk van de route zoveel rododendrons hadden gezien, besloten Dave en ik in de
bloeitijd het Kempen- en Vennenpad te gaan voltooien.
Na een dagje bijrijder te zijn geweest kwam ik om drie uur in de middag thuis.
Zo'n tweeënhalf uur later loop ik, met rugzak, naar de bus die me naar het
stadion brengt. Met de trein naar Eindhoven.
In Eindhoven de bus naar Bladel gepakt, daar snel een bamihapje
genuttigd en maar weer lopen. Een paar kilometer maar, en dan vinden we een
plekje voor de tent; vlak voor een paar trekkershutjes. In de schemer zetten we
de tent op en nemen nog een apfelcorn. Helaas is mijn
mok onderweg 'overleden', dus moet ik uit de beker waar de drank in vervoerd
wordt drinken.
Om een uur of tien duiken we de slaapzak in en kletsen nog wat voor we in slaap
vallen.
Dag 6 |
(29 april 1995) |
25 kilometer |
Om iets over half acht
staan we op en in de recordtijd van drie kwartier zijn we afgebroken en hebben
we ontbeten en ingepakt. Ondertussen komt de eigenaar van de trekkershutten nog
even langs, maar die heeft er gelukkig geen moeite mee dat we een nachtje
gekampeerd hebben op die plek. Het is nog erg fris ('s nachts zelfs lichte
vorst), maar alles duidt erop dat we weer heerlijk weer zullen krijgen.
Het eerste stuk van de route gaat door een afwisselend bosgebied, met alleen
een gesloten café. Oploskoffie is dan best lekker; zelfs met z'n tweeën uit één
mok. De omgeving oogt inmiddels wat kunstmatiger en 'aangelegder';
toch wat minder mooi. Wel komen we langs een uitspanning, waar we koffie met
super-calorie-rijke-appeltaart-met-ijs-en-slagroom nuttigen. Gelukkig mag ik
het kopje houden! Na deze traktatie wordt de omgeving weer een stuk mooier. We
hebben niet zo heel veel kilometers te gaan, dus doen we het erg rustig aan en
houden heel vaak pauzes. Niet alle restaurants staan blijkbaar in het boekje
vermeld, wat ons een onverwachte koffie met appelgebak en Gueze
Lambic oplevert.
|
Een groot kruis
vlakbij de grens. |
In korte broek
bereiken we de grens, vlak bij een groot kruis. In een dorpje proberen we water
te halen, maar niemand is thuis. Dan maar ongevraagd een buitenkraan gebruiken.
Vlak daarna komt de vrouw des huizes thuis en die is daar erg boos om... Niets aan
te doen, maar wij hebben water.
Na nog een paar kilometer bellen we aan bij een boerderij (bij gebrek aan
wildkampeer-plekjes) en we mogen onze tent opzetten. We worden zelfs binnen
gevraagd voor koffie en kletsen gezellig over de rottweilers die ze hier
fokken. De honden worden prima verzorgd en zijn erg goed afgericht. Mochten we
daar aan twijfelen dan merken we dat wel als we even later voor de tent zitten.
De honden worden omstebeurt uit gelaten. Zelfs de
allergrootste reu stopt direct met spelen als hij tot de orde wordt geroepen.
Klasse! We krijgen nog een appel mee als toetje (voor na de boerenkool met
worst) en mogen zelfs gebruik maken van douche en toilet. Ongekende gastvrijheid.
Na het eten is het weer tijd voor apfelcorn met chips
(flippo's!) en even later brengt de 'gastvrouw' ons een thermoskan met beschuit
met muisjes. Eén van de honden staat op het punt te bevallen, en hoewel wij
daar niet meer bij zullen zijn, krijgen we toch alvast deze traktatie. Na nog
een laatste afzakkertje duiken we de tent in.
Dag 7 |
(30 april 1995) |
18 kilometer |
Vanmorgen werden we om
zeven uur door een blaffende hond gewekt dus stonden we nog vroeger op dan
anders. De aangeboden kop koffie zorgde ervoor dat we toch niet echt vroeg op
pad waren. Na een hartelijke dank voor dit gastvrije onthaal gingen we tenslotte
toch maar weer op pad.
Bewolkt maar prima wandelweer vandaag met een afwisselende omgeving. Wandelen
is zo'n slechte hobby nog niet! We hielden er flink de pas erin en pauzeerden
erg weinig. Jammer dat het zo toeristisch en druk was in het natuurgebied vlak
voor Valkenswaard.
|
Geen rododendron; wel
andere bloemen. |
Na nog een kop koffie
met vlaai (??) op een terrasje bij een watermolen liepen we al snel de bebouwde
kom van Valkenswaard binnen. Gelukkig zagen we daar de enige (bloeiende)
rododendron tijdens deze twee dagen. Weliswaar een klein exemplaar, bij iemand in
de voortuin, maar toch....
Bij de kerk was het eindpunt en na de kerk bezichtigd te hebben doken we nog
even de kroeg in, om de tijd te doden.
De bus bracht ons weer terug in Eindhoven en na met de sneltrein in Rotterdam
te zijn gearriveerd bezochten we de stationsrestauratie voor de traditionele
afsluitende maaltijd.
Zo rond half vijf namen we afscheid van elkaar en terwijl ik het laatste stukje
met de trein naar Schiedam aflegde, dacht ik alweer aan de volgende wandeling.
En ook hoe fijn het elke keer weer is om thuis te komen.
Life is strange but I like it!
Terug naar hikes in Nederland.
Terug naar (wandel) vakanties.