(Op dit moment staat er nog maar één foto op deze pagina, binnenkort (??) worden er meer toegevoegd).
Inleiding:
In het vroege voorjaar van 2003 reisden Hanneke en Jan af naar Andalusië en
liepen daar, voornamelijk door de Alpajurras, een gedeelte van de GR7. Een mooie maar zware wandeling met veel
hoogteverschillen en soms was het warm en soms sneeuwde het.
Hieronder het verslag van die wandeling.
Dag 1 |
(zaterdag 22 februari 2003) |
Om vijf uur ging de wekker en een half uurtje later zaten we in de taxi naar
Centraal. Daar de eerste trein naar Schiphol genomen en bijna een uur voor we
zouden vliegen waren we daar. Het inchecken duurde erg lang (wanneer, o wanneer
gaan ze dat nou eindelijk eens goed regelen; in heel veel andere landen die toch
een stuk minder ''ontwikkeld'' dan Nederland zijn lukt het wel) en net toen wij aan
de beurt waren ging Malaga van de borden. Snel inchecken bij een aparte balie,
via een apart poortje door de douane en net op tijd zaten we in het vliegtuig. Volgende
keer toch maar iets eerder vertrekken?!
Met een half uur vertraging gingen we de lucht in en na een rustige vlucht zonder
eten of drinken (dat krijg je met een retourtje van 128 Euro per persoon) kwamen
we aan in Spanje. Bagage gezocht en met de bus naar de stad. Onze bus naar
Orgiva zou drie uur later vertrekken. Tijd genoeg om benzine (voor de brander)
en een kaart van het gebied te kopen. Beide waren heel snel gelukt omdat ze ons
bij de touristinformation perfect geholpen hebben. Op de kaart die we kochten
stond ook de GR 7 ingetekend; een meevaller. Het winkeltje waar we de kaart
kochten was overigens een aanrader en had heel veel weg van Livingstone in Den
Haag.
Nog een broodje gegeten, een bezoek gebracht aan de grote kathedraal van Malaga
(waar vooral het schilderij van de onthoofding van Paulus erg veel indruk op ons
maakte), nog wat gedronken en toen terug naar het busstation. Naar aanleiding
van het bestuderen van onze wandelkaart besloten we onze bustickets om te zetten
en een dorp verderop te starten met onze wandeling.
Vier uur bussen later, eerst langs de kust en later door het binnenland, kwamen
we echt net voor het donker op onze eindbestemming. Tussendoor had de bus
overigens nog een kwartier stil gestaan vanwege een kindercarnavalsoptocht.
Een heel klein stukje gelopen en onder een oude olijfboom de tent opgezet. Eerst
maar eens eten. En na nog een kopje oploskoffie en een slokje port lagen we om
half negen in de tent.
Dag 2 |
(zondag 23 februari 2003) |
Na zo'n 12 uur slapen stonden we op. Het was heerlijk wandelweer: niet te
warm en half bewolkt. Dat zou de hele dag zo blijven en het laatste stuk van de
dag liepen we zelfs in korte broek.
Na een korte klim liepen we redelijk vlak. De route was bijzonder goed
gemarkeerd, alleen na twee kilometer twijfelden we even, maar met behulp van
kaart en kompas kwamen we er toch uit en kozen het goede pad naar Canar. Ondertussen
zagen we in het dal Orgiva liggen en wij liepen redelijk hoog over
de kale bergen, met af en toe een olijf- of bloeiende amandelboom. Erg mooi en
hoewel het wat heiig was maakten we toch redelijk wat dia's.
In Canar stopten we bij de waterpomp voor cup-a-soup en een paar boterhammen. Leuk in
zuidelijk Europa: in ieder gehucht staat wel een pomp waar je drinkwater kunt
tappen. Vlak voor het dorp zit overigens nog een aardig pittige afdaling en
klim.
Het stuk naar Soportuja liepen we redelijk snel en in de plaatselijke horeca
dronken we wat en aten een broodje rauwe ham; een bekend streekgerecht.
Een redelijk makkelijke route die ook nog erg goed gemarkeerd was bracht ons tot
vlak voor het erg toeristische Pampeneira. Het laatste stuk daar naar toe was
weer een erg pittige klim, net zoals de route naar Bubion. Dat was minder dan
een uur lopen, maar Hanneke ging helemaal kapot op dat stuk. Snel maar water
getapt en net buiten het dorp de tent opgezet. Het begon inmiddels erg snel af
te koelen: de wind kwam van over de besneeuwde bergtoppen van de Sierra Nevada.
Pasta gekookt en na de oploskoffie en een afzakkertje weer vroeg gaan slapen.
Dag 3 |
(maandag 24 februari 2003) |
Om half negen stonden we op en het was weer prachtig wandelweer. Wel zou het
vandaag steeds bewolkter worden zodat het ook wat minder warm zou zijn en de
korte broek dus in de rugzak kon blijven (beter gezegd: de pijpen niet afgeritst
werden).
Het eerste stuk van de route was klimmen en aan de andere kant van de berg
stonden opeens veel meer bomen; vooral dennen en lariksen. Na een stukje
onverharde weg raakten we de route kwijt. Waarschijnlijk misten we een
markering. Gelukkig hadden we Pitres zien liggen, zodat we met niet al te veel
moeite de GR 7 weer terug vonden. In Pitres weer een horecastop gemaakt. Ook
hier spreekt niemand iets anders dan Spaans, maar met de paar woorden Spaans die
we spreken lukt het ook nu weer om iets te eten en te drinken te bestellen.
Via een paar klimmetjes en afdalingen komen we in Portugos, waar we boodschappen
doen. Na een steile klim daarna houden we een pauze voor brood en Fanta. Jammer
genoeg
is de bakker het zout vergeten en smaakt het brood dus niet echt
lekker. Zelfs het blikje tonijn kan dat niet helemaal goed maken.
De route zal de rest van de dag erg pittig zijn. We verlaten nu dan ook even de
Alpajurras en het pad duikt een stukje de Sierra Nevada in.
De bergen zijn redelijk kaal met hier en daar een paar dennen of steeneiken, en
verder vooral wat struikjes. Rond half zes halen we water uit een beekje en al
heel snel daarna vinden we een prachtig kampeerplekje met beneden ons in het dal
Trevelez en boven ons besneeuwde bergtoppen. Omdat ik me vergist heb in het
aantal volle veldflessen loop ik nog even terug om meer water te halen en zie
dan reesporen op de plaats waar we een paar minuten geleden onze flessen hebben
staan vullen.
Als ik terug ben is het tijd voor warme choco, pasta (met brood; we hebben erg
veel trek vandaag) en oploskoffie, voor we weer vroeg de slaapzak induiken.
Dag 4 |
(dinsdag 25 februari 2003) |
Een nacht met veel regen en wind en daarom gaan we pas tegen tien uur uit bed.
In de regen een kopje thee gezet, ontbeten in de tent en als we de tent afbreken
is het heel even droog. Gelukkig wel, want dat pakt een stuk prettiger in.
In de stromende regen, hagel en natte sneeuw dalen we vervolgens af naar
Trevelez. Daar de supermarkt en de bakker bezocht en in een café wat gedronken.
We hebben geluk: in dat café verkopen ze wandelkaarten die prima aansluiten op
de onze, waar we morgenochtend vanaf zullen lopen. We kunnen de GR7 dus gewoon
blijven vervolgen. Na een vrij korte pauze hijsen we ons weer in regenpak en
gaan voornamelijk klimmen. Al snel gaat de regen over in sneeuw. Zelden zulke
grote sneeuwvlokken gezien. De wereld wordt dus erg wit, wat prachtige dia's oplevert. Ondanks het slechte weer schieten we heel veel plaatjes vandaag.
Sneeuw in Spanje. |
Na een lange en vrij pittige klim (zeker omdat het ook nog glad wordt) komen we
bovenop en staan dan op zo'n 1700 meter hoogte. Aan de andere kant van de top
gaan we naar beneden over een prima te belopen onverharde weg en wordt het zelfs af en
toe droog. We missen een markering (waarschijnlijk ondergesneeuwd) en via een
flinke omweg en een stukje struinen bereiken we Juviles. Tijd voor koffie en een
broodje ham.
Het weer knapt redelijk op en na de pauze lopen we een geweldig mooi pad door
een kloof tussen de olijf- en bloeiende amandelbomen. Eén van de mooiste stukken van de hele route.
In het volgende gehucht halen we water en een klein stukje verderop zetten we de
tent op. Zowaar zitten we nog even buiten voor een kop oploskoffie. Ondertussen
koken we de vandaag aangeschafte ''droogvoeraardappels''. De regen begint echter
weer te vallen dus eten we weer in de tent en na oploskoffie en een slokje port
gaan we opnieuw vroeg slapen.
Dag 5 |
(woensdag 26 februari 2003) |
's Nachts veel regen maar 's morgens is het droog en redelijk zonnig. ontbijten
doen we dus buiten in de zon. We beginnen de wandeling vandaag met klimmen en
dalen en komen dan uit in een grote vallei waar we de rivier volgen tot Cadiar.
Een leuk stadje waar we brood kopen en koffie en broodjes nuttigen in een café.
Via Narile en een hele steile klim bereiken we Alcutar en het daar bijna aan
vastliggende Berchules. Hier lopen we via een verkeerde weg het dorp uit en we
proberen nog wel via een heel steil paadje af te dalen naar het juiste pad, maar
besluiten toch maar terug te gaan. Ondertussen trekt de lucht binnen een paar
minuten helemaal dicht en om half drie begin het te gieten. Na een uur zijn we
weer terug in Berchules en vinden nu wel het juiste pad naar beneden. De GR7 is
over het algemeen goed gemarkeerd, alleen in de dorpen en steden ontbreekt de
markering. Het is dus iedere keer weer een puzzel om het juiste pad of weg te
vinden. Eén geluk: er staat wel altijd een wegwijzer bij de in- en uitgang. We
nemen ons dus voor niet meer op goed geluk een pad of weg te gaan volgen maar
altijd opzoek te gaan naar die wegwijzer. Een handige tip voor mensen die hier
ook gaan wandelen.
Het juiste pad brengt ons deze keer naar beneden en via een brug steken we de
rivier over. Aan de andere oever gaat het steil omhoog en het pad lijkt wel een
beek geworden, zoveel regen is er in korte tijd gevallen. Gelukkig begint het nu
wel af en toe droog te worden.
Na een lange, makkelijke en onverharde weg bereiken we Mecina-Bombaron. Eerst
een kop koffie drinken en dan besluiten we een hotel of zo voor deze nacht te
zoeken. Het is echt superslecht weer geworden. Helaas lukt het niet: alles zit
vol en dus zetten we toch de tent maar weer op. Net buiten het dorp vinden we
een plekje en alles is inmiddels een beetje nat geworden. De tent in de
stromende regen opzetten maakt onze spullen ook niet echt droger.
Na pasta en oploskoffie duiken we de, ook al hier en daar een puntje natte,
slaapzak in en gaan maar vroeg slapen. Gelukkig blijft het 's nachts
voornamelijk droog en slapen we toch nog redelijk goed. Wel zullen we thuis de
tent hier en daar een likje seamsealen: een aantal naden lekt een klein beetje.
Dag 6 |
(donderdag 27 februari 2003) |
Het stormt ontzettend als we opstaan. Waait alles wel lekker droog, maar ook
moeten we heel goed oppassen dat er geen spullen wegwaaien. Gisteren hebben we
een afslag gemist maar we besluiten niet terug te lopen maar de asfaltweg naar
Yegen te vervolgen. Er komt toch vrijwel geen verkeer overheen, alleen moeten we
goed opletten dat we niet van de weg geblazen worden. In Yegen zit zowaar een café;
tijd voor koffie.
Naar Valor volgen we de route gewoon weer. Een makkelijke route waarbij opnieuw
de tegenwind het grootste probleem is. Een uurtje later zijn we in dit lager
gelegen dorp en doen hier boodschappen en verlaten dan de GR7. Het is pas net na
de middag op onze laatste wandeldag en we besluiten zelf een route naar Ugijar,
een veel grotere plaats, te zoeken en daar vandaan een bus naar Granade te
nemen.
De route vinden kost wat moeite: we moeten flink afdalen, zien het plaatsje
liggen, maar pas als we een boer de weg gevraagd hebben en een stukje gestruind
hebben vinden we het juiste pad. Die boer zal trouwens wel raar hebben
opgekeken: vanuit het niets verschijnen ineens zomaar twee wildvreemde mensen
met een rugzak...
Door een vallei met weer voornamelijk olijf- en amandelbomen en daarboven kale
bergen bereiken we onze eindbestemming van deze wandeling.
We moeten ruim een uur op de bus wachten (valt zeker niet tegen) en zetten dan
maar een kopje koffie op het plein. Het waait dan zo hard dat de koffie uit m'n
mok wordt geblazen. Wel bijzonder trouwens: een strakblauwe lucht tijdens een
storm.
In vier uur tijd brengt de bus ons naar Granade en onderweg komen we door heel
veel dorpjes waar we deze week gewandeld hebben; altijd weer leuk. De laatste
paar kilometer naar en door de stad is filerijden, maar rond acht uur bereiken
we het busstation. De stadscamping ligt letterlijk om de hoek, dus al snel staat
de tent. Pasta gegeten, lekker gedoucht en na nog een afzakkertje in het café
gaan we weer bijtijds naar bed.
Dag 7 |
(vrijdag 28 februari 2003) |
Ook nu staan we weer om half negen op en is het lichtbewolkt. Na een ontbijt
met hartkeks breken we de tent af en laten de spullen achter in een bagagekluis
op de camping.
Met de bus naar het centrum voor allereerst een bezoek aan Alhambra. Een
gigantische vestiging boven op een heuvel waar slechts een beperkt aantal
bezoekers per dag wordt toegelaten. We hebben geluk: het is nog geen hoogseizoen
en kunnen nog kaartjes bemachtigen. Alhambra is zeer imponerend en wat ons
betreft de omweg meer dan waard. Vooral de Islamitische paleizen maken indruk.
(We vinden die van Isfahan
in Iran nog mooier, maar dit terzijde). Je krijgt overigens op je toegangsbewijs
een half uur toegewezen wanneer je naar binnen mag en ben je te laat dan heb je
dus gewoon pech. Goed opletten dus!
Verder zien we niet zo veel van Granada. We slenteren nog wel wat rond door
steegjes, eten en drinken wat op een terrasje en sluiten af met een bezoek aan
de koninklijke kapel. Volgens onze reisgids een waar hoogtepunt, maar wij vonden
het toch een beetje tegenvallen.
We halen onze spullen op, stappen in de bus naar Malaga en zo'n twee uur later
zijn we daar. We lopen naar de jeugdherberg en schrikken van de prijs: ruim 20
Euro per persoon.
's Avonds gaan we uit eten in de stad (na eerst tot over negenen op een terras
gezeten te hebben omdat de mensen hier pas ontzettend laat gaan eten) en om een
uur of elf zijn we weer terug in de jeugdherberg om te gaan slapen.
Dag 8 |
(zaterdag 1 maart 2003) |
Om acht uur opgestaan en voor de laatste keer deze reis de rugzakken
ingepakt. Na ontbijt in de jeugdherberg lopen we naar het busstation. De bus
vertrekt bijna tien minuten te vroeg, waardoor we hem nog maar net halen.
Ingecheckt, gewacht en met heel veel beenruimte (het heeft z'n voordelen als je
vaker vliegt en weet om welke zitplaatsen je moet vragen) vliegen we naar
Amsterdam. Ook daar is het lekker weer. Na nog een trein- en tramrit komen we om
half vijf thuis en daar wacht nog een verrassing op ons: William heeft twee
zelfgebakken punten appeltaart klaar gezet. Erg lekker met een heerlijke kop
espresso erbij!
Een mooie afsluiting van een mooie (wandel)vakantie.
Terug naar hikes in Europa.
Terug naar (wandel) vakanties.