Van Lamayuru naar Chilling in Ladakh (India)

Inleiding:

In de zomer van 2006 reisden Hanneke en Jan voor vier weken naar India. Drie van de vier weken brachten ze door in Ladakh om daar een tweetal trekkings te maken. De eerste zonder en de tweede met bagagevervoer. Hieronder volgt het reisverslag van de tweede trekking. De bagage ging op een stel ezels en die liepen samen met ons en hun eigenaar tot een hoogte van circa 5.000 meter.
Wil je eerst het verslag van de eerste trekking lezen klik dan hier.

Dag 8

(donderdag 3 augustus 2006)

Een nacht met veel regen en de halve stad staat blank. Ook de winkels en restaurants staan soms blank. Men is hier nu eenmaal geen regen gewend. Na het ontbijt gaan we naar het reisbureau om de laatste zaken voor morgen af te spreken. Verder nog wat laatste benodigdheden voor de trekking kopen: eten en benzine. Een beetje door Leh slenteren; de zon schijnt weer volop.
Halverwege de middag voelt Hanneke zich niet lekker en gaat terug naar het hostel om wat te slapen. Ik schrijf ondertussen de kaarten, lees wat en luister naar muziek. Hanneke is echter niet de enige die last heeft van diaree en overgeven: een paar uur later heb ook ik er last van. Waarschijnlijk waren de eieren bij het ontbijt de oorzaak.

Dag 9

(vrijdag 4 augustus 2006)

's Morgens voel ik me, na een nacht met overgeven, een stuk beter. Hanneke nog niet, dus loop ik naar het reisbureau om te melden dat we onze trekking een dag moeten uitstellen.
Helemaal fit ben ik nog niet, maar een uurtje heen en weer lopen naar het postkantoor om de kaarten te posten lukt prima. Echt veel eten doe ik ook nog niet, maar ik heb er in ieder geval geen last van. Hanneke houdt het bij rijst en yoghurt. Verder veel lezen, een beetje slapen, spullen inpakken en een spelletje doen. Een dag met veel niks doen dus.
's Avonds eten we allebei redelijk normaal zonder dat dit tot problemen leidt. Na het eten is er geen stroom in het hotel, maar dat duurt gelukkig maar even: we willen toch graag de accu van de camera vol meenemen. 

Dag 10

(zaterdag 5 augustus 2006)

Vroeg op. Het regent een beetje en zal de koudste dag tot nu toe worden. De laatste spullen ingepakt, onderweg een broodje gekocht en naar het reisbureau toe. Slecht nieuws: vanwege de vele regen kan de trekking niet doorgaan. Rivieren zijn te hoog om over te steken en kampterreinen staan blank. Wat nu? We overleggen met een drietal Fransen die met hetzelfde probleem zitten als wij. In het gebied hier 100 kilometer vandaan is het veel minder slecht weer en daar kun je een mooie zesdaagse trekking maken. Ezels regelen kost alleen een paar dagen. We besluiten daarom morgen een driedaagse jeeptocht naar de meren te maken en direct daarna die wandeling te gaan maken. We hebben dus vandaag weer een dag Leh extra. Dan maar weer een dag rondslenteren, shoppen, eten en drinken. Niet echt spannend. Wel wordt het vrij snel droog en dat blijft het min of meer ook. Wel veel buien rondom ons en op de bergtoppen ligt verse sneeuw.
Om zes uur verzamelen we bij het reisbureau om alles definitief rond te maken. Dan gaat er van alles mis: wij moeten veel te veel betalen voor de ezels en als we dat voorrekenen weigert de eigenaar nog verder te praten en geeft ons ons geld terug. Zelfs als blijkt dat wij anderhalf keer zoveel willen betalen als de Fransen gaat hij niet accoord. Heel vreemd en niemand snapt dit. De driedaagse jeeptrekking gaat overigens wel gewoon door.
We lopen wat wezenloos naar buiten en pakken de trekkinggids erbij. We zien toch wat alternatieven en na een bezoek aan een ander reisbureau gaan we redelijk opgelucht terug naar de hostel. We hebben nu een ander hostel. Het is wat lawaaiig, maar de douche is warm, het bed niet te hard en gezien de prijs mogen we beslist niet klagen. 

Dag 11

(zondag 6 augustus 2006)

Zeven uur weg. Met vijf man en een chauffeur richting de meren. Door de Indusvallei rijden we een hele mooie route. Ook hier heeft de regen z'n sporen nagelaten: regelmatig ligt er modder op de weg of moeten we zelfs door een beek heen. Na zo'n 80 kilometer gaat het echt mis: de brug is grotendeels weggespoeld. 

De weggeslagen brug. De weggeslagen brug.

We kunnen niet meer verder. Wel leuke foto's gemaakt van de dorpsbewoners, waarvan zeker de kinderen graag op de foto willen. Ondertussen komt er een ploeg aan om de brug te repareren, maar echt efficiënt gaat dat niet. Ook horen we dat de weg verderop onberijdbaar is. Terug naar Leh maar weer.

In het dorp. In het dorp.

Net na de middag komen we aan. Alweer geld terug halen bij het reisbureau. Lunchen op een dakterras en Hanneke en ik proberen onze plannen om te zetten in een trekking. Dat lijkt echter niet te gaan lukken. Probleem is dat vrijwel alle gebieden onder water staan en onbereikbaar zijn doordat overal wegen zijn weggespoeld. Een unieke situatie voor dit gebied, want normaal regent het hier helemaal niet in deze periode. Overal zitten mensen vast en gevlogen wordt er ook al een paar dagen niet meer. Kortom: gouden tijden voor de souvenirshops en de horeca en slechte tijden voor de reisbureaus. We zien het echt niet zitten om nog veel langer in Leh te blijven en dus gaan we opzoek naar een trekking. Er blijft er eigenlijk nog maar één over: een hele zware bij de meren. (De andere weg naar de meren schijnt nog wel berijdbaar te zijn). Eigenlijk een veel zwaardere tocht dan we wensen, maar we besluiten het toch maar te doen.
's Avonds is er geen stroom in het hotel, dus ook geen warme douche. Jammer, maar helaas.

Dag 12

(maandag 7 augustus 2006)

Een dag van extremen. Het begint met erg lang slapen en eindigt met, voor ons doen, vrij laat naar bed gaan. Tussendoor varieert onze stemming van negatief tot geweldig en alles daartussen. Dat begint om één uur: we horen dan op het reisbureau dat ook de weg naar onze trekking is afgesloten. Kortom: er is nu echt niets meer te wandelen, behalve de wandeling die we al eerder gelopen hebben. Als het droog blijft zijn er over een dag of twee misschien wel weer andere mogelijkheden, maar ja, droog.... We gaan wat drinken en bespreken onze mogelijkheden. We worden dan uitgenodigd door een stel Indiërs om een spelletje mee te kaarten. Niet echt een superspel, maar het doodt de tijd een beetje.
Later klimmen we naar het kasteel en een aantal gompas net boven de stad. Het entreegeld voor het kasteel is weggegooid geld, maar de gompas zijn wel de moeite waard. De grote Boeddha wordt gerestaureerd.
Als we weer beneden zijn is daar ineens de eigenaar van het reisbureau. Hij was al een tijdje naar ons op zoek, want.... hij heeft een ezelman én een zesdaagse trekking voor ons. Morgen vertrekken. We hadden inmiddels al een jeeptour langs een paar dorpjes in de buurt geboekt bij een ander reisbureau, maar die annuleren we dan wel weer. Tot onze verbazing krijgen we nog bijna de helft van ons geld terug. We praten de plannen door en hoewel er nog één onzekerheid in de tocht zit, waardoor die mogelijk een dag korter zal worden, zijn we erg blij. Nog acht dagen Leh hadden we echt niet overleefd. Ineens hebben we het druk: spullen uitzoeken, boodschappen doen en de was ophalen. Dat laatste is lastiger dan gedacht. We zouden om zeven uur bij de wasserij zijn, maar die is dan dicht. Het rolluik is nog wel open en een vriendelijke man, met wie we een heel lang en leuk gesprek hebben, verzekert ons dat de wasserette daarom beslist nog open zal gaan vanavond. Dan maar wachten. En om acht uur komt de eigenaar inderdaad terug. Onze was blijkt nog zeiknat te zijn en de plastic tas is foetsie. Plastic tassen zijn al enige jaren niet toegestaan voor winkeliers in Leh, dus die kwijt is hier echt kwijt. Normaal niet zo'n probleem, maar ook de broodjes en overige boodschappen krijgen we nu in papieren zakken mee. Helaas scheuren die soms erg makkelijk.
Na een prima maaltijd lopen we terug naar onze hostel. Tot onze stomme verbazing heeft dat, in tegenstelling tot de rest van de stad, vanavond wel stroom. Lekker warm douchen dus.

Dag 13

(dinsdag 8 augustus 2006)

De wekker loopt om half zes af en een half uurtje later zitten we met onze bagage in een jeep. Net buiten Leh is de brug een paar dagen geleden weggeslagen, maar is er een loopbrug neergelegd. Alles en iedereen neemt z'n spullen lopend mee naar de overkant en pakt daar een andere auto of bus. Wij ook. Verderop hebben we nog een keer last van de waterproblematiek: in plaats van de doorgaande asfaltweg moeten we een paar kilometer over een smalle onverharde kronkelende weg. Minstens net zo mooi als de hoofdweg. Tot Khalse, waar we de vorige keer onze trekking eindigden, hebben we de route al eerder gereden. Het stuk daarna behoort tot de mooiste door ons gereden. Via een smalle kloof kronkelen we naar Lamayuru. We passeren een gebied dat maanlandschap wordt genoemd. Terecht denk ik, hoewel de maan (nog?) niet voorkomt op onze bestemmingenlijst maar wie weet als je daar ooit ook nog eens een trekking kunt maken ;-)

Maanlandschap Maanlandschap.

Na de nodige fotostops komen we aan in Lamayuru, het beginpunt van onze trekking. Om elf uur gebeurt het dan toch: ik hijs de dagrugzak op en we wandelen! Samen met zes volwassen ezels, twee kleine ezels en één ezeldrijver gaan we beginnen met een klim naar 3730 meter. We zijn nu zo gewend aan dergelijke hoogtes dat we dat niet eens meer in de gaten hebben.
Onderweg in de jeep was het redelijk mooi weer, behalve boven het gebied waar we nu wandelen: daar goot het. Gelukkig houden we het tijdens het lopen (vrijwel) droog, maar zodra de tent staat begint het te gieten. Voor het zover is eerst nog een lange afdaling naar Wanla. Een smalle kloof waarbij de ezels stevig doorlopen. Klimmend houden we ze makkelijk bij, maar nu is het stevig doorstappen. Onderaan de kloof komen we bij een rivier en die volgen we tot de camping. Overal hier staan huisjes en akkers. Een kwartiertje voor we er zijn laten we de helft van de ezels achter bij de zus van de ezeldrijver en met de rest lopen we naar de camping. Het is dan pas kwart over twee. Gelukkig staat er een grote partytent met wat tafels en stoelen, want de hele middag in de tent zitten klinkt ook niet echt aanlokkelijk. Gelukkig klaart het later op de middag weer op. Zozeer zelfs dat we nog een stukje gaan wandelen. Als we terug zijn spelen we een paar potjes kaartspel van Catan en gaan dan eten koken. Op de camping verkopen ze flessen bier (650 ml groot) en tijdens het nuttigen van zo'n biertje genieten we van de volle maan en de wolkenlucht.

Dag 14

(woensdag 9 augustus 2006)

Om negen uur zouden we vertrekken, maar al om half acht brandt de zon ons de tent uit. Het is halfbewolkt en dat blijft de hele dag zo. Na ontbijt en twee kopjes koffie en thee laden we de spullen op de ezels en lopen weer verder. Er is vandaag één grote ezel minder mee. Zo'n twee uur lang lopen we door de kloof langs een rivier over een soms verharde weg. 

Overal langs de weg tekenen van het Boeddhisme Overal langs de weg tekenen van het Boeddhisme.

Vrijwel geen hoogteverschillen, maar wel heel veel foto's maken. Zo'n kloof tussen hoge kale bergen met af en toe een groene akker is nu eenmaal erg fotogeniek. We blijven ons verbazen over het aantal campings dat we passeren. Zoveel toeristen komen hier toch niet? Zes camping in een dorpje met naar schatting 100 tot 200 inwoners. Misschien een Guiness-record?!

Alle ezels op een rij. Alle ezels op een rij.

We verlaten de rivier en gaan klimmen. Het is dan afgelopen met de abrikozen verkopende kinderen. Jammer. Een ander groep met ezels voegt zich bij ons. De drie bijbehorende toeristen lopen met hun gids apart. De meeste toeristen hier huren niet alleen ezels, maar ook een gids en uitrusting. Als je net als wij, inclusief eten, alles zelf meeneemt hoef je alleen lastdieren te huren. Niet dat dat zo heel veel goedkoper is (een paar euro per dag), maar wij vinden het gewoon prettiger om zelf te koken en zo.
De klim brengt ons in Ursi. Omdat de rivier te hoog staat om over te steken blijven we hier kamperen. Jammer genoeg slechts drieëneenhalf uur gewandeld vandaag. Gelukkig wel hele mooie uren! Ondanks dat we hemelsbreed redelijk dichtbij onze vorige trekking zitten zien we hele andere bergen. Dit komt omdat we, geologisch gezien, nu op het Indiase continent lopen en vorige week op het Euraziatische continent.
De middag brengen we door met wat eten, drinken, spelletjes spelen, in de schaduw zitten en een rondje door het dorp lopen. In dit dorp kunnen geen auto's komen en men leeft er nog behoorlijk authentiek. Drinkwater uit een beek, kleine veldjes om te oogsten, wintervoorraden op het dak van de huizen en de hele kudde van het dorp wordt gezamenlijk gehoed. De schapen en geiten weten zelf bij welke eigenaar ze zich 's avonds weer moeten ''melden''.
Na spaghetaria, oploskoffie en een slokje whisky gaan we om negen uur als laatste op de camping naar bed. De andere groep en hun begeleiders kamperen ook. Onze ezeldrijver slaapt weer bij iemand in het dorp.

Op de camping Op de camping.

Dag 15

(donderdag 10 augustus 2006)

Ook vandaag een korte etappe en om kwart voor negen op pad. Het is half bewolkt en al vrij snel warm. Aan het einde van de dag wordt het bewolkt en gaat het flink waaien; lekker afkoelen. We lopen vandaag niet de route uit ons boek of van de kaart, maar klimmen eerst verder omhoog, blijven dan een stuk op hoogte lopen en gaan via een zeer steile afdaling naar beneden. Dit om de rivier niet te hoeven oversteken. Onderweg komen we nog een Belgisch gezin tegen die, noodgedwongen vanwege het slechte weer, twee dagen geleden terug in plaats van verder zijn gegaan. 

Wandelen tussen hoge bergen Wandelen tussen hoge bergen.

Beneden aangekomen komen we in een smalle kloof met een riviertje en veel wilgen. Het lijkt wel of we ons klem lopen, maar aan het einde komen we uit in een andere kloof en gaan linksaf. Na in totaal drie uur lopen zijn we in Hinju. Dit is het dorp waar onze ezeldrijver woont. Bij hem thuis drinken we een paar kopjes thee en eten een bord koude rijst. Ook hier zitten we op de grond in de keuken en valt ons op hoeveel potten en pannen er hangen. De keuken lijkt in niets op een Nederlandse keuken.
Na deze pauze lopen we nog drie kwartier licht klimmend langs de rivier verder. Er zijn nu drie ezels mee en die lijken er geen zin meer in te hebben. Ze waren vast ook liever thuisgebleven. Bij de derde (!) camping na het dorp stoppen we. Ook hier alleen een toiletgebouw (lees: gat in de grond) en verder niets. Drinkwater komt uit een beek. Wel steekt er een slangetje uit, zodat je je flessen makkelijker kunt bijvullen. Jammer genoeg is er geen schaduw, waardoor we waarschijnlijk wel verder zullen verbranden.
De rest van de middag doen we niet veel, maar omdat het al vrij snel bewolkt wordt en hard gaat waaien, wassen we ons al vroeg. Koud hoor zo'n snelstromende smeltwaterrivier, maar het frist wel lekker op. Het waait zo hard dat zelfs de brander uitwaait. Aan de achterkant van de tent zitten we gelukkig wat uit de wind en dan gaat het beter.
Vanwege de wind een spelletje doen in de tent, noodles buiten eten en vroeg naar bed.

Dag 16

(vrijdag 11 augustus 2006)

Een nacht met veel regen en weinig slaap. We moeten al om acht uur op pad, want het wordt een lange dag. Als we inpakken is het gelukkig droog. Volgens het boekje kost de klim naar Konzke La vier uur. Inclusief de tijd van gisteren klopt dat redelijk. Je merkt goed dat we nu boven de 4000 meter zitten: als je iets versnelt raak je gelijk buiten adem. Het eerste stuk van de klim gaat min of meer langs de rivier omhoog, maar dan begint het echte klimmen. De pas zie je al heel lang liggen. De ezeltjes houden niet van klimmen. Eén grote en één kleine zijn overigens achtergebleven in Hinju. Het reisbureau kon zich niet voorstellen dat wij écht maximaal 20 kilo per persoon zouden meenemen en had daarom maar wat meer ezels geregeld.
We klimmen naar (bijna?) 5000 meter. Bovenop mist en regent het. Geen mooie foto's van het uitzicht dus. Een steile afdaling en we raken weer onder de wolken. Het wordt dan weer droog en dat zou in ieder geval tot op de camping zo blijven.

Op zo'n 5.000 meter hoogte. Op zo'n 5.000 meter hoogte.

In het dal staan een paar primitieve stenen zomerhutjes. Daar wonen tijdens de zomermaanden een drietal mannen die, als wij aankomen, aan het yakboter karnen zijn. We drinken een paar kopjes thee met ze. Ook nu zijn de eerste zoet en de laatste zout. We verbazen ons over de primitieve levensstijl van deze mensen. Koken op houtvuur, karnen met de hand, de schoorsteen is een gat in het dak en het gebouw is laag, van losse stenen opgebouwd en erg klein. Het klinkt daarom misschien wat vreemd, maar dit bezoekje was beslist een hoogtepunt van onze reis.
We lopen weer verder, een brede rivier volgend. Soms wat hoger en soms direct langs de oever. Om ons heen bergen in alle kleuren en soorten. Steil, begroeid, puntig of noem maar op. Wel groeien hier opvallend veel andere plantensoorten dan aan de andere kant van de pas. Op de pas zelf groeiden tot mijn verbazing ook nog planten. Nooit geweten dat dat kon op 5000 meter hoogte.

Het zomerverblijf en één van z'n bewoners. Het zomerverblijf en één van z'n bewoners.

Eén keer moeten we de rivier doorwaden. Schoenen uit (teva's zitten op een ezel) en tot de knieën door het koude snelstromende water. Gelukkig zat de handdoek nog wel in de handtas. De rivier loopt, net als wij, naar Sumdo. 

Richting Sumdo Richting Sumdo.

We arriveren om drie uur. Zeven uur onderweg geweest met slechts drie korte pauzes. Een stevige, maar wel een hele mooie en zeer afwisselende wandeling.
Tent opzetten (kan die tenminste goed drogen) en lekker even zitten met een kop oploskoffie. Het begint wat te spatten, dus gaan we maar weer een spelletje in de tent spelen. Later wordt het weer droog, dus eten doen we buiten. 

Dag 17

(zaterdag 12 augustus 2006)

Uitgeslapen tot een uur of zeven en alles inpakken. Het begint weer even te motregenen, dus ontbijten we onder het grote zeil dat ook op deze camping hangt. Als we lopen is het weer droog. 

De kleine ezel wordt aan z'n oren door de rivier heen getild. De kleine ezel wordt aan z'n oren door de rivier heen getild.

We blijven de rivier min of meer volgen en moeten hem aan het einde oversteken. Schoenen uit en nat tot op de knieën. Dan klimmen. We vinden de klim erg meevallen en zijn redelijk snel boven. Later zou blijken dat we nog niet op de pas zaten en dat we inderdaad niet hoog geklommen hadden. 
Aan de andere kant naar beneden en dan lopen we een brede kloof in die aan het einde doodloopt. Het is dan half twaalf en onze ezelman stelt ons voor de keus: hier kamperen of nog een paar uur verder lopen. Dit laatste betekent alleen wel dat we vandaag al op het eindpunt zullen zijn. We kiezen voor die optie, zeker omdat het wat begint te regenen. Gelukkig maar even. Het wordt daarna steeds mooier weer en de korte broek gaat zelfs aan. We gaan nu, na de lunch met hartkeks en een blikje vis, echt klimmen. De Dundunchen La van 4800 meter hoog. Als je langzaam loopt gaat het best, maar als je ook maar even versnelt ben je buiten adem. De klim is iedere stap waard geweest. Het uitzicht is fenomenaal. Bergen in alle kleuren: paars, zwart, geel, groen en blauw en de hoogste toppen wit van de sneeuw. Om ademloos naar te kijken. Bovenop waait het heel hard, dus blijven we niet te lang zitten.

Bergen in alle kleuren en maten. Bergen in alle kleuren en maten.

Door allerlei kleurige velden van keien en zand dalen we af. Het eerste stuk wat minder steil, het laatste stuk veel steiler. Ook nu eindigen we weer in een kloof met een rivier. Tweemaal moeten we een brug over, maar nog minstens tien keer moeten we overspringen. Komt misschien door het vele water van de afgelopen periode? De ezels vinden het niet echt prettig en als ze echt het water niet in willen gooit de ezelman het jonkie in het water. De rest volgt dan vanzelf. Voor ons is de kloof, alweer, een hoogtepunt van deze wandeling. Aan het einde ligt Chilling. Een zeer klein dorpje waar we morgenochtend opgehaald zullen worden. Oorspronkelijk zouden we morgen nog één tot twee uur lopen, maar ik heb geen idee waar we dan hadden moeten kamperen; de ezelman waarschijnlijk ook niet, vandaar dat we gewoon zijn doorgelopen. Volgens ons staat de voorgaande kampeerplaats op de verkeerde kant van de pas op de kaart en in het boekje getekend.

Afdaling in de kloof. Afdaling in de kloof.

Het is inmiddels half vijf. Drinkwater is er niet op de camping, maar we hoeven geen flessenwater te kopen: de ezelman regelt een kleine jerrycan en laat zien waar we die met beekwater kunnen vullen. 
En verder koffie zetten, eten koken, nog meer koffie en thee zetten en, natuurlijk, vroeg naar bed. De ezelman kampeert deze keer ook. We nemen vandaag afscheid van hem, want hij gaat morgenvroeg weer terug naar Hinju.

Dag 18

(zondag 13 augustus 2006)

De zon brandt ons de tent uit. De jeep komt pas om één uur dus kunnen we mooi de tent en alle andere spullen goed laten drogen. De rest van deze reis zullen we immers niet meer kamperen. Verder brengen we de tijd door met zitten, wat drinken, lezen in de reisgidsen en niets doen.
De rit met de jeep duurt twee uur. Het eerste stuk gaat weer door een kloof en ook hier kun je goed zien hoeveel schade de regen van de afgelopen tijd heeft aangericht. Op één plaats is zoveel wegdek weggeslagen dat sommige automobilisten de oversteek niet eens durven wagen. Ik snap waarom. Onze chauffeur geeft ons overigens de keuze om even uit te stappen en dat stukje te lopen. We blijven zitten en gelukkig gaat alles goed. Als we eenmaal weer op de doorgaande weg zitten zijn de problemen over. Zelfs de loopbrug bij Leh is niet meer in gebruik.
In Leh eerst naar de hostel en dan eten. Kip met patat. Niet lokaal, wel lekker na zo'n trekking. Verder een beetje door Leh slenteren en een tour voor overmorgen boeken. Tenminste: proberen, want we vrezen dat ook deze wel weer niet zal doorgaan. Leh en wij zullen wel nooit meer echt vriendjes worden.
Na pizza als avondeten terug naar de hostel. Wel stroom, geen echt warme douche. Nou ja, we kunnen in ieder geval weer foto's op de iPod zetten.

Dag 19

(maandag 14 augustus 2006)

Uitgeslapen, de was wegbrengen, eten, drinken en door Leh slenteren. Niet een echt spannende dag. Een eendaagse excursie voor morgen boeken lukt zowaar.
Lunchen met een heerlijk broodje kip. In de hostel wat lezen, spelletje spelen en na de warme maaltijd terug naar de hostel. Helaas: vandaag geen stroom en dus ook geen warme douche.

Dag 20

(dinsdag 15 augustus 2006)

Om negen uur staat onze taxi klaar. Voor die tijd ontbijten met pannenkoeken op een terrasje. In een uurtje rijden we naar Hemis. Een groot kloostercomplex. Mooier en indrukwekkender dan gedacht. Het ligt wat verscholen, maar de langste manimuren die we tot nu toe gezien hebben duiden er op dat dit vroeger een erg belangrijk klooster is geweest. Na een kop koffie rijden we terug richting het klooster van Thikse. Zo mogelijk nog mooier. Meest bijzonder was misschien wel die groep monniken die een mandala van gekleurd zand aan het maken was. En als die af is wordt die na korte tijd weer vernietigd en opnieuw gemaakt.... Verder een school waar de kleine monniken werden onderwezen, een groot gouden Boeddhabeeld en heel veel fresco's.

Groep monniken die een mandala van gekleurd zand aan het maken is. Groep monniken die een mandala van gekleurd zand aan het maken is.


Onderaan de berg gaan we lunchen in een restaurant. Nog nooit eerder anderhalf uur moeten wachten op een broodje ei, maar hier wel. Fooien geven is in Ladakh vrij ongebruikelijk, maar hier hadden we het zeker niet gedaan.
Voor we om kwart voor vier in Leh arriveren nog een stop bij het zomerpaleis van Shey. Ook hier een gouden Boeddhabeeld van 12 meter hoog, maar verder niet echt bijzonder.
Na een kop koffie op een terrasje gaan we naar ons hostel. Bij daglicht de rugzakken inpakken. Morgenvroeg verlaten we immers Ladakh.
Eten op misschien wel het mooiste, en waarschijnlijk ook drukste, terras van Leh en nadat we terug zijn lekker warm douchen en slapen.

Dit meisje wilde haar takje wel ruilen voor ons boek over India. Dit meisje wilde haar takje wel ruilen voor ons boek over India.

 

Klik hier om te lezen hoe deze reis verder is verlopen.

Terug naar hikes buiten Europa.

Terug naar (wandel) vakanties.