Inleiding:
Vorig jaar zijn we
voor de eerste keer een weekendje wezen fietsen met Sven en zijn zoons Thomas
en Samuel. Hun moeder is niet zo van het fietsen en kamperen en vindt het
heerlijk om een keer een weekendje alleen thuis te zijn. De rest van het gezin
vindt, net als wij, fietsen en kamperen wél leuk en daarom besloten we in het
voorjaar van 2024 drie dagen met elkaar te gaan fietsen. Misschien gelijk de
start van een nieuwe traditie?! Hieronder het reisverslag van die drie dagen,
waarbij we in totaal zo’n 230 kilometer aflegden, maar ook op loopafstand van
ons huis een nachtje op de camping in Rotterdam hebben geslapen.
Dag 1 |
(zaterdag 20 oktober 2001) |
76,8 km |
Net terug van wandelvakantie
in Luxemburg en nu alweer tijd voor een lang weekend fietsen. Lekker hoor!
Oorspronkelijk was ons plan om op de camping van Delft of ergens in de buurt
van Nieuwerkerk te slapen, omdat Eljer en Jilke (de elfjarige tweeling van
Hanneke en Jan) zaterdag dan gewoon naar Scouting konden gaan en daar vandaan zelf
naar de camping fietsen. Uiteindelijk bleken vrijwel alle campings in de
omgeving vol te zitten, waardoor we, net als vorige keer, de eerste nacht op de
stadscamping van Rotterdam zullen doorbrengen. Het plan dat Eljer en Jilke dan
pas zaterdag aan het einde van de dag zouden aanschuiven kan dan gewoon
overeind blijven: de camping ligt op een kilometer afstand van ons huis. Maakt
verder niet uit: het gaat om het fietsen en alles wat daarbij hoort, niet om de
plek waar je slaapt.
Terwijl wij thuis ontbijten zit Sven al op de fiets met in zijn fietskar de
tweejarige Samuel en de driejarige Thomas. Ze zijn rond negen uur bij ons. We
drinken een kop koffie, geven onze mannen een dikke kus en gaan vervolgens met
z’n vijven fietsen. Het is perfect fietsweer: weinig wind en veel zon. We
starten in lange mouwen, maar na de eerste pauze wordt het een shirt met korte
mouwen.
|
Fietsen door de bloemrijke Broekpolder. |
Via fietsknooppunten
in Oud-Overschie en de noordkant van Schiedam fietsen we richting Broekpolder.
Een route die we nog nooit eerder hebben gefietst, maar wat een mooie route!
Een bloemrijke polder, met heel veel andere wandelaars en fietsers. Je snapt waarom.
Na een uurtje Maassluis. Tijd voor koffie met een overheerlijke tompouce.
Na Maassluis volgen we al snel de Nieuwe Waterweg richting Hoek van Holland.
Zeker voor mij bekend gebied (ik heb jaren in Hoek van Holland gewerkt en ging
regelmatig op de racefiets daar naartoe). Het blijft een mooie route, zeker bij
de waterkering. In Hoek van Holland pakken we het fietspad door de duinen
richting Kijkduin. Ook al mooi!
|
Door de duinen richting Kijkduin. |
Net voor we oostelijk
richting Kwintsheul gaan een strandtent voor de lunch. Geen vis, wel een prima,
maar prijzige, hamburger zonder friet.
|
Net na Kwintsheul. |
Ockenburg en de polder
na Kwintsheul zijn mooier dan verwacht en zo fietsen we Delft binnen. Even
langs de aquariumwinkel, dan boodschappen doen en aan de rand van de stad op
het terras van brouwerij De koperen kat doen we een biertje en bitterballen.
Langs de Delftse Schie terug naar Overschie en naar de stadscamping van
Rotterdam. En zo eindigen we op één kilometer van ons huis om de tenten op te
zetten. We hebben een nieuwe tent, dus het is even zoeken hoe we deze moeten
opzetten, maar ook dat lukt. Ondertussen komen Eljer en Jilke ook aangefietst
en is ons gezelschap compleet.
Douchen, koffie drinken en eten koken. Na het eten gaan de jongste twee al snel
naar bed en om half tien de twee andere kinderen ook.
|
(Ook) Jan moet Thomas en Samuel voorlezen
voor ze gaan slapen. |
De volwassenen drinken
een borrel en eten chips voor ze rond half twaalf ook gaan slapen.
Dag 2 |
(zondag 21 oktober 2001) |
72,1 km |
Tot half acht slapen
de meeste mensen, in elk geval Thomas en Samuel, waardoor we niet heel vroeg
vertrekken. Geeft niks: het is vakantie. De zon schijnt al snel en het lijkt
minstens net zulk mooi weer te worden als gisteren. Na ons ontbijt en alles te hebben
ingepakt fietsen we de camping af. Als we zouden willen zouden we het knooppunt
vlakbij ons huis kunnen kiezen, maar we nemen bewust een iets andere route.
Oostelijk van het vliegveld en dan de polder in richting Zoetermeer. Het tempo
ligt wat lager en de wind is wat straffer dan gisteren.
In Zoetermeer even zoeken naar horeca die geopend is, maar achteraf vinden we
de perfecte plek: lekkere koffie en wafels en helemaal gericht op en vol met
speelgoed voor kleine kinderen.
|
We nemen best een hoop ruimte in als we
achter elkaar fietsen. |
Na deze pauze fietsen we
richting Alphen. Niet het mooiste stuk: weinig natuur of vrije fietspaden. In
Alphen willen we boodschappen doen voor een picknick, maar Google heeft het mis
en alle supermarkten blijken gesloten op deze eerste Pinksterdag. We hebben nog
wat brood van gisteren, dus eten dat dan maar op. We besluiten om straks ergens
in de horeca echt te gaan lunchen. Ondertussen valt er een klein buitje en net
als we dan uiteindelijk toch maar de regenjassen hebben aangetrokken wordt het
bijna gelijk weer droog.
De route is hier een stuk aantrekkelijker. Veel groen en polder en langs het
water. Lunchen in de horeca: niet goed en ook niet slecht.
|
Over een schelpenpad. |
De laatste 25
kilometer naar de camping zijn de mooiste van de hele dag. Soms kilometers over
een schelpenpad, maar bijna alleen maar fietspad langs het water. Eerst recht,
maar het laatste stuk langs de kronkelende Amstel. Het riviertje doet ons hier
sterk aan de Rotte denken.
In De Hoef hebben we een camping gevonden waar nog plek is. Erg gastvrije
ontvangst. De kinderen waarderen vooral de skelters en de trampolines.
|
Op de camping in De Hoef. |
Als de tenten staan
fietsen we twee kilometer terug naar een restaurant. Omdat alle winkels dicht
waren vandaag hebben we ook geen avondeten kunnen kopen. De kinderen hebben
geluk: het is een pannenkoekenrestaurant. Als we daar uitgegeten zijn fietsen
we terug naar de camping en niet al te lang daarna gaan eerst de kleine en
daarna de grote kinderen naar bed. Met z’n drieën doen we nog een biertje met
een stukje kaas en borrelnoten en gaan dan ook slapen.
Dag 3 |
(maandag 22 oktober 2001) |
81,4 km |
Om half zeven zijn de
drie reisgenoten in de tent naast ons wakker en vrij snel daarna staan we
allemaal op. Het stortgiet, dus we ruimen onze binnentent op en ontbijten met
z’n allen in onze tent. Gelukkig wordt het ondertussen droog, zodat we droog
kunnen inpakken.
Pas over negenen fietsen we de camping af en volgen nog een stukje de Amstel.
Door polders en Wilnis. Fietsen zoals je hoopt dat je fietst, ook al is het
soms over een smal schelpenpad.
|
Ook vandaag weer stukken over een
schelpenpad. |
Binnen een uur de
eerste tegenvaller: Eljer heeft een lekke band. Geen wonder dat hij het laatste
stuk zo hard moest werken om ons bij te houden: z’n band was natuurlijk al erg
zacht. Het lek is gelukkig snel gevonden en nadat de band geplakt is fietsen we
verder. Alweer door mooie polders.
Na het kruisen van een kanaal gaat het nog een keer mis, maar nu echt. De
fietskar van Sven begint heel erg te slingeren. Er blijken twee spaken gebroken
te zijn. We hebben één noodspaak en zetten die er maar in. Helaas: vrijwel
direct daarna breken er nog meer spaken. Dit betekent het einde van het
fietsweekend. Althans: voor Samuel en Thomas.
|
Wachten op de auto. |
Sven belt z’n vriendin
en zij komt de kar en de jongens met de auto ophalen en met z’n vijven zullen
we dan verder fietsen. We staan ergens tussen ‘’niets en nergens’’, maar
gelukkig wel bij een weiland, waar we veilig kunnen zitten en spelen. Omdat het
wel een uur zal duren voor de auto er is zetten we maar een kopje oploskoffie.
Enfin, tegen twaalven is alles ingeladen, zeggen Thomas en Samuel gedag en
fietsen we weer verder.
Naar Woerden is het nog zo’n tien kilometer en daar willen we lunchen. Helaas
valt er een bui. In de stad zelf is een triatlon en daardoor kost het ons wat
moeite om het parcours te kruisen en in het centrum te komen, maar uiteindelijk
dan toch lunch. Gelijk ook een mooi moment om weer even helemaal op te drogen.
Tegen tweeën fietsen we de stad uit. Vanaf hier eigenlijk alleen maar bekende
knooppunten en kilometers. Maar wel weer hele mooie! Het Nederlandse
polderlandschap blijft de moeite waard, net als de plassen rond Reeuwijk.
In Reeuwijk, net voor de grote bui echt losbarst, (natuurlijk) koffie met de
ooit door ons tot lekkerste van Nederland uitgeroepen appeltaart. Of het echt
en nog steeds de lekkerste is weet ik niet, maar veel lekkerder dan dit kan
gewoon niet.
In de stromende regen verlaten we restaurant paviljoen Reeuwijkse Hout en
vervolgen de weg richting Rotterdam.
|
Veel regen, grote plassen. |
Via Nesselande fietsen
we onze stad binnen en nemen daar afscheid van Sven. Dan nog zo’n twaalf
kilometer naar huis. Gelukkig is het alweer een tijdje droog.
Rond half zes fietsen we onze eigen oprit op. Ondanks alle regen en
fietskarproblemen kijken we terug op een ontzettend leuk weekend. Volgend jaar
weer?!
Terug naar fietsvakanties.
Terug naar de startpagina.